Collectieve bewaarplaats

Docus van der Made
Mykola Ridnyi, SHELTER, 2013

Een vervallen bunker, de muren vol met informatieposters van op het oog niet het meest moderne wapentuig. Op de voorgrond, centraal in beeld, een oude man die lesgeeft over verschillende typologieën van schuilkelders en de benodigdheden bij de inrichting ervan. Hij lijkt de stof al duizend maal te hebben opgesomd, zijn vocabulaire stamt nog uit vroegere tijden. In de video Shelter uit 2013 volgt de Oekraïense kunstenaar Mykola Ridnyi zijn oude leraar van het middelbare schoolvak ‘Pre-service Training’, dat tijdens de Sovjetgeschiedenis van het land een klassikale voorbereiding was op de dienstplicht. Met dit werk geeft Gimme Shelter bij Fort Nieuwersluis, destijds ook uitgerust met een Koude Oorlog-bunker, een inkijkje in het leven aan de andere kant van het voormalige IJzeren Gordijn.

De jonge Ridnyi (1985) heeft al een behoorlijk track record. Op twintigjarige leeftijd was hij medeoprichter van de kunstruimte SOSka en op de afgelopen Biënnale van Venetië vertegenwoordigde hij zijn land. Zo heeft hij de laatste jaren een actieve en centrale positie ingenomen tussen een nieuwe generatie Oekraïense kunstenaars. Een terugkerende factor in het werk van Ridnyi en zijn generatiegenoten – allen opgegroeid na de val van de muur en werkend vanuit een internationale context door recent verworven mogelijkheden als residentieprogramma’s en uitwisselingen – is hun kritische blik op het eigen recente Sovjetverleden.

De tijden die de leraar representeert zijn niet meer. Hoewel begin jaren negentig de onafhankelijkheid van Oekraïne werd uitgeroepen, zet de tachtigjarige leraar zijn lessen gestaag en schijnbaar onveranderd voort. De bunker heeft zijn langste tijd gehad, en de leraar zal spoedig volgen: eind 2013 besloot Oekraïne de dienstplicht af te schaffen. Waar de leraar voor altijd met één been in het Sovjetver leden zal blijven staan, staan zijn scholieren met beide benen in een nieuwe wereld. De leraar beschouwt de wereld nog steeds in het vocabulaire van vroeger, terwijl het wereldbeeld van de nieuwe generatie vooral gebaseerd is op de actiefilms uit Hollywood en oorlogen verpakt in computergames. De ideologische functie van de pre-militaire training is zo goed als verloren, hoogstens het wapentuig lijkt hen nog enigszins te boeien.

In de film benadert Ridnyi zijn onderwerp vanuit een alledaagse insteek, met uit de hand geschoten camerabeelden van ‘kleine’ verhalen over praktische zaken en dagelijkse routine. Daarnaast bestaat Shelter ook nog uit zes betonnen schaalmodellen van verschillende typen bunkers. De alledaagse scènes en het rommelige camerawerk van de video steken af tegen de opmerkelijk esthetische betonnen afgietsels. Tegenover deze betonnen sculpturen – de wereld van de ontwerptafel – vertellen de gefilmde individuen des te geloofwaardiger over hun complexe geschiedenis.

Zo toont Shelter niet alleen de grote maatschappelijke veranderingen die Oekraïne de afgelopen decennia heeft doorgemaakt. Door de beladenheid die schuilgaat achter de schijnbaar alledaagse beelden – denk aan het nog ietwat onhandige doorladen van een machinegeweer in de handen van een middelbare scholier – komt er langzaamaan een krachtige dubbelheid naar voren. Het moderne Oekraïne kent nieuwe mogelijkheden en economische voorspoed, maar ondiep cultureel geworteld lijken de leerlingen ideologisch verloren. Andersom is voor de oude leraar de angst van de Koude Oorlog voorbij. En toch is er nostalgie te zien in zijn ogen.