Onlangs opende Expodium in Utrecht de tentoonstelling Orbit #1. Normaal gesproken is een Orbit een beweging rond een hemellichaam, maar in het geval van Expodium is het een expositie die rond het jaarthema cirkelt. Dit jaar wordt de rol van de natuur onderzocht als positieve factor bij krimpsteden. Als platform voor jonge kunst doet Expodium dit onderzoek niet vanuit de politiek maar door samen met jonge kunstenaars de mogelijkheden die krimpende steden met zich meebrengen te onderzoeken. Orbit #1 is hier een voorproefje van en heeft als subtitel Who’s afraid of Green, Gray, and Gold? Met het bekende schilderij van Barnett Newman heeft de expositie overigens niets te maken. De titel verwijst naar nieuwe stadsplannen waarin groene natuur en grijze omgeving een gouden combinatie blijken te zijn.
Bij binnenkomst wordt de bezoeker geconfronteerd met een bescheiden bos bestaande uit zo’n tien bomen in pot (Moving Forest #2 van Gen Yamamoto). Middels een motortje onderin de potten kunnen de bomen een willekeurige route door de ruimte afleggen, schuivend op de borstels die aan de onderkant zijn bevestigd. Het mechanisme is bij de meeste bomen echter oververhit geraakt, waardoor maar vier bomen daadwerkelijk in beweging komen. Hoewel redelijk eenvoudig van uiterlijk, is het geheel een intrigerend schouwspel: de beweging geeft de bomen menselijke emoties en daardoor diepgang. Als de bomen hun willekeurige route door de ruimte afleggen en de weinige blaadjes lijken te trillen van onwennigheid maken ze een klunzige indruk, een beetje meelijwekkend zelfs. Toch zijn de bomen ook bedreigend: niemand heeft ze immers onder controle en de associatie met een kwaadaardig sprookjesbos vol hongerige, grijpende bomen ligt voor de hand. Maar is het niet juist de mens die de controle heeft, het motortje geconstrueerd heeft en op de aanknop heeft gedrukt? We worden geconfronteerd met de oermenselijke neiging de natuur naar onze hand te willen zetten. Het feit dat de bomen (nog) niet perfect functioneren toont aan dat wij mensen ook beperkt zijn in ons kunnen.
Ook Bram de Jong lijkt zich te hebben laten inspireren door menselijke ingrepen in de natuur. Zijn werk Olea Europea toont gepotte kamerplanten die niet alleen ontdaan zijn van hun natuurlijke milieu, maar ook van hun textuur en kleur. Wat overblijft zijn grijze vilten planten en potten. Door het warme en zachte karakter van het vilt blijven de planten ondanks de ingreep van de kunstenaar hun behaaglijke karakter houden. Sterker nog, in een woonkamer zouden ze niet misstaan. Bevreemdend blijven ze echter wel.
Bij Pig City van het architectenbureau MVRDV reageert een aantal bezoekers wat verontwaardigd. Geprojecteerd op een wand wordt een plan gepresenteerd om gigantische varkensflats te bouwen. Een engelse vrouwenstem begeleidt de visuele presentatie, maar is door ongeïnspireerd stemgebruik en teveel feitjesopsommingen meer slaapverwekkend dan verhelderend. MVRDV blijkt een varkensvriendelijke wolkenkrabber te willen bouwen, de varkens krijgen er voldoende ruimte en worden voorzien van de nieuwste technieken om het ze zo gerieflijk mogelijk te maken. Het varken bevindt zich er van geboorte tot slachting. Hoewel het idee economisch voordelig is, esthetisch sterk en de bioindustrie tegenwerkt, roept de associatie met een fabriek toch discussie op. En om die discussie gaat het MVRDV nou juist. Het idee nodigt uit buiten de gebaande paden op zoek te gaan naar nieuwe mogelijkheden. Als kunstwerk is Pig City echter minder sterk; is de presentatie het kunstwerk? Of het uiteindelijke eindresultaat? Het gedachtegoed misschien?
Het laatste werk bevindt zich in een hoek van de ruimte en valt hierdoor wat minder op dan de andere werken. We kijken naar een nonchalant neergegooide stapel gevulde vuilniszakken, met als uniek element de felroze kleur en witte stippen. Wie dichterbij komt ruikt een zoete geur die door de zakken blijkt te worden afgegeven. Trash: Any Color You Like is een project van Adrian Kondratowicz en hoort eigenlijk niet thuis in een expositieruimte maar aan de kant van de weg. De straten van New York zijn bijvoorbeeld al een aantal keer versierd geweest met deze vrolijke en tevens honderd procent afbreekbare zakken. Ditzelfde zou gaan gebeuren in Utrecht met speciaal hiervoor bestelde witte zakken met gouden stippen. Deze liggen echter al langer dan een week braaf te wachten bij de douane in Schiphol, om onduidelijke reden worden ze niet vrijgegeven. Dit is ontzettend zonde, want het kunstwerk komt pas tot zijn recht in interactie met de stad.
Hoewel een aantal bomen nog niet soepel loopt en de straten van Utrecht het nog even moeten doen zonder opfleurende afvalzakken is de expositie een succesvol geheel te noemen. Het lukt Expodium een balans te vinden tussen de theoretische lading en luchtige esthetiek. Misschien zorgen juist de mankementen wel voor de ontspannen en toegankelijke sfeer die er heerst. Deze eerste Orbit maakt in ieder geval benieuwd naar de rest van het jaarprogramma.
ORBIT #1: WHO’S AFRAID OF GREEN, GRAY AND GOLD? NEW STRATEGIES FOR ECO-PLANNING
Adrian Kondratowicz, Bram de Jong, MVRDV, Gen Yamamoto (NL Architects)
t/m 11 april 2010
Expodium, platform voor jonge kunst
Krugerstraat 11, Utrecht